de mening gevormddat hij voor het gehele kadastrale bedrijf ge schikt kan worden wanneer aan vooropleidingopleiding en leiding zekere eisen gesteld wordenZoals dit bij onze dienst gegroeid is, moet dit ook bij de andere werkzaamheden groeien en daar een continue voortzetting van de kadastrale dienst noodzakelijk is, kan dit groeien slechts langzaam zijn. Want de landmeter van het kadaster, die gewoon is alles zelf te doen, zal moeten leren anderen het werk te laten uitvoeren waarvan hij overtuigd is dat hij dat veel beter kan. En dat is inderdaad zo, ik weet er alles van hoeveel zelfbedwang er voor nodig is om stuntelige beginners het werk niet uit handen te nemen. Ik ben van mening dat het zwaartepunt van de opleiding van de toekomstige middelbare ambtenaar toch steeds moet blijven liggen in de dienst zelfzowel wat de technische als de administratieve kant van het werk betreftHoe deze in de dienst verkregen routine en kennis geconstateerd en gewaardeerd moet worden is een vraagstuk. Het zullen wel vakexamens moeten worden, hoe afkerig ik ook van examens ben. Waar dus het zwaartepunt van de opleiding, altijd naar mijn mening, moet blijven liggen in de dienst, rijst de vraag wat de vooropleiding moet zijn. Ik zou wensen vooral wiskunde en wetskennis. Wat de wiskunde betreft: theorie; vooral analytische meetkunde en wat differentiaal rekening. Het is zeer moeilijk uit de zee van wetenschap een afge rond geheel te snijden en dit afgerond geheel helder en klaar te geven. Een goede theoretische basis, beknopt maar begrepen, is onmisbaar voor de bovenbouw die later in de dienst gelegd kan worden. Dus geen details in de vooropleiding. En dit betreft evenzeer de juridische kennis. Weten waarom er een wet gekomen is, welke maatschappelijke behoefte hij bevredigt, wat de algemene tendenz is, dat is veel belangrijker bij de voor opleiding dan kennis van artikels en details. Ook die moeten in de dienst worden geleerd en wel voor zover de dienst betreft. De eigenlijke opleiding in de dienst geschiede dan door de landmeter, voor wie dit een belangrijke taak is, maar wiens taak in de loop van de tijd verlicht wordt doordat hij een milieu gevormd heeft, waarin nieuwelingen worden opgenomen en waarvan ze langzamerhand de kleur aannemen. De landmeter houde de alge mene leiding, late de m.a. zoveel mogelijk vrij, individueel verschil lend; dit regelt zich vanzelf. Zijn taak zie ik ook in de afstemming van de eisen van het werk op de maatschappelijke behoeften, coördinatie met andere diensten, volgen van de ontwikkeling van de techniek. Ik ben hier aan het eind gekomen van mijn causerie. U ziet, zij is algemeen gehouden en geeft mijn persoonlijke mening. Dit was ook noodzakelijk. Over de toekomstige organisatie van ons dienst vak heb ik gezegd wat naar mijn mening de waarschijnlijke, ja noodzakelijke evolutie zal moeten zijn; wat de snelheid van veran- 82

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1955 | | pagina 40