wet van 1938 bij zijn uitspraken rekening zal houden met het
bestaan van het pachtbesluit.
Wie artikel 18, le lid goed leest, bemerkt dat de pachter, wat
zijn rechten op toedeling betreft, thans op dezelfde voet wordt
behandeld als de eigenaar. Het zal dan ook wel niet nodig zijn
in toekomstige ruilverkavelingswetten nog verdergaande bepa
lingen te maken.
De tegenstrijdigheid van de belangen van pachter en verpachter
zal ondanks de beste wettelijke bepalingen blijven bestaan,
zolang er in Nederland boerenzoons te veel en cultuurgrond te
weinig aanwezig zijn. De spanningen, die hierdoor ontstaan, kunnen
niet alleen door ruilverkavelingsmaatregelen verminderd worden.
Ik denk hierbij aan het komende B.W., dat overgang van onroe
rend goed aan één erfgenaam mogelijk zal maken, en aan de
komende pachtwet, waarin bepalingen zullen voorkomen, welke
versnippering van bedrijven moeten tegengaan. Ten slotte zal
een actieve propaganda moeten worden gevoerd om meer boeren
zoons dan tot nu toe het geval is te bewegen van meet af aan hun
bestaan buiten de landbouw te gaan zoeken. Vooral dit laatste is
de beste oplossing, al zijn hieraan ook vele problemen verbonden.
Gelukkig vallen deze problemen nu eens niet onder de ruilver-
kavelingswet.
De Cultuurtechnische Dienst
Bij de behandeling van ruilverkavelingen spelen verschillende
organen en diensten een min of meer belangrijke rol. Wij noemen:
de Centrale Cultuurtechnische Commissie, de Plaatselijke Com
missie voor ruilverkaveling, de Cultuurtechnische Dienst, de
Kadastrale Ruilverkavelingsdienst, Gedeputeerde Staten en de
Rechter-Commissaris.
De Centrale Cultuurtechnische Commissie, ingesteld bij K.B. van
26 Juli 1935, no. 6, heeft de algemene leiding. Zij bestaat uit
10 leden. Deze C.C.C. dient de Minister van Landbouw, Visserij
en Voedselvoorziening van advies omtrent ontginningen, verkave
lingen en ontsluiting van gronden, waterbeheersingen, aanleg van
utiliteitswerken in het belang van de agrarische productie en
omtrent andere aangelegenheden van cultuurtechnische aard. De
Plaatselijke Commissie voor ruilverkaveling is belast met de uit
voering van een bepaalde ruilverkaveling. Zij bestaat meestal uit
3 of 5 leden, waaraan deskundigen kunnen worden toegevoegd.
Aan deze 2 niet ambtelijke commissies wordt ten behoeve van
het ruilverkavelingswerk bijstand verleend door 2 diensten, welke
geheel ambtelijk zijn. Deze diensten zijn:
de Cultuurtechnische Dienst en de
Kadastrale Ruilverkavelingsdienst.
101