hoofde van de gevoerde belastingpolitiek twee keer een „nivel
lering van inkomens" heeft plaats gehad.
Na de laatste wereldoorlog is de belastingpolitiek grondig van
karakter veranderd; men kan spreken van een ombuiging in de
richting van een nivelleringsprincipe.
De inhoud van deze overdrukken is voor het overheidspersoneel
van belang. Men verzuime niet, deze geschriften te bestuderen.
W. K.
Uil andere publicaties
„Der Fluchtstab", uitgave van de „Verein der Ingenieure und
Techniker des Vermessungwesens" in Duitsland, 5e jg., no. 5 van
September/October 1954 bevat na de inleiding van de nieuwe
voorzitter Henselder artikelen over de geschiedenis van de maten
(Von der Elle bis zum Meter, door Konrad Peters, Ingenieur für
Vermessungtechnik)landmeetkundige berekeningen met de
Curta-rekenmachine door H. Möbus, Baurat en het slotartikel
van de Vermessungstechniker Herbert Scholz over de landmeet
kunde in het oude Egypte.
In de rubriek „Instrumentenschau" wordt de Breithaupt-
Prazisions-Nivellier „Nabon" besproken, die ook voorkomt in
Allgemeine Vermessungsnachrichten 1954, Heft 4. Aan het slot
worden oplossingen gegeven van de vraagstukken uit no. 4 en
no. 3.
In de 5de jrg. nr. 6, November/December 1954 van dit vaktijd
schrift bespreekt Dr V. Happach in het artikel „Zur Umformung
der linearen Schlussfehler in Langs- und Querfehler" een methode
om met behulp van een cirkelvormige schijf, met daarop bevestigd
een vaste liniaal waarlangs een loodrecht er op staande liniaal
zich kan bewegen, de sluitfouten fx en fy van een polygoon te
ontbinden in de richting van de polygoon en loodrecht er op. De
schrijver is tot het gebruik van dit hulpmiddel gekomen, omdat
door hem de numerische berekening enigszins omslachtig geacht
wordt, hetgeen inderdaad het geval is als men de er voor :aood-
zakelijke berekeningen niet tevens gebruiken moet om een correctie
op de gemeten lengten aan te brengen.
Fr. Lütsch bespreekt een bij de landmeetkundige dienst van de
gemeente Velbert in gebruik zijnd polygoonformulier. In de be
handeling wordt aangenomen dat de berekeningen worden uit
gevoerd op een dubbelmachine (Brunsviga of Thales Geo). De
schrijver roemt hierbij de mogelijkheid om zonder opschrijven van
de sinus- en cosinuswaarden der argumenten de polygoon te
berekenen met een mogelijkheid ter controlering van de wel op te
schrijven verschillen x en y. Deze controle is op zichzelf nog zo
gek niet, maar toch vraag ik me af of de schrijver niet bekend is
met de bij het Nederlandse Kadaster in gebruik zijnde methode
de gevraagde coördinaten direct uit de machine af te lezen.
117