Berichten
EEN COMMISSIE VAN LOONDESKUNDIGEN
INGESTELD.
COMMISSIE VOOR HET BEKLEMRECHT.
162
tionnair gewijzigd. Het transport bepaalt altijd voor het grootste gedeelte de
snelheid waarmede kaarten (van zulke gebieden) voor militair en civiel gebruik
gemaakt kunnen worden. Omstreeks 1930 werden voor het eerst kleine vlieg
tuigen gebruikt om werkgroepjes in afgezonderde gebieden in N.-Amerika naar
Alaska te brengen. In 1948 werden voor het eerst door de U.S. Geological Sur
vey helicopters gebezigd om instrumenten en waarnemers te vervoeren.
In de lente van 1948 werd in Colorado een proef genomen in een landmeet-
en carteringsproject
Vooral de barometrische hoogtebepaling, die geschiedt om aanvullende
hoogtepunten te verkrijgen voor de luchtfoto, wordt in Alaska uitgebreid toe
gepast. Een snelle uitvoering van deze metingen is door de helicopter mogelijk
geworden; zij hebben daardoor in bruikbaarheid gewonnen
In 1955 is in opdracht van de Commissie voor Atomische Energie het Colo
rado Plateau in kaart gebracht. Van 40.000 km*2 moest op korte termijn een
kaart 1 24000 worden vervaardigd met hoogtelijnen met 6 en 12 m interval.
Een uitgebreid driehoeksnet voor verticale en horizontale positiebepalingen
moest hiervoor worden opgezet. Met 3 helicopters is dit werk uitgevoerd. Aan
hun werd betaald 16 tot 180.
De kosten voor mile-to-the-inch-mapping waren vóór het gebruik van de
helicopter 25 per vierkante mijl. Thans zijn deze tot 8 gereduceerd.
De Minister van Binnenlandse Zaken heeft een commissie van loondeskun-
digen ingesteld (dd. 1 Juni 1955, nr. 21810, Hoofdafd. O.P.Z. Afd. A.Z.).
Hij heeft hiermede voldaan aan de toezegging aan de Heer Andriessen,
lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.
De Commissie zal advies moeten uitbrengen omtrent de vraag of rekening
houdend niét alleen met de salarissen en lonen in engere zin, maar ook met de
secundaire arbeidsvoorwaarden en het onderling verband in het Rijksbezol-
digingsstelsel tussen de beloning van de lagere- en middengroepen van het
Overheidspersoneel (werklieden en vaklieden en de lagere en middelbare amb
tenaren) volgens de onlangs door het kabinet voor deze categorieën aanvaarde
salarisregeling en de feitelijke, rechtens toelaatbare beloning van het daarmede
qua functie vergelijkbare personeel in het particuliere bedrijfsleven een onge
motiveerde discrepantie bestaat.
De Commissie bestaat uit de volgende leden: Mr A. Berger, voorzitter
College van Rijksbemiddelaars (voorzitter), Prof. Mr W. F. de Gaay Fortman,
Hoogleraar aan dc Vrije Universiteit, Prof. Dr D. B. Schouten, Hoogleraar
aan de Katholieke Economische Hogeschool en Mej.. Mr C. Rutgers, secre
taris College van Rijksbemiddelaars (secr.).
De minister van justitie heeft besloten een commissie in te stellen welke tot
taak zal hebben advies uit te brengen over de vraag of het wenselijk is het
beklemrecht wettelijk te regelen, en, indien deze vraag bevestigend wordt be
antwoord, een ontwerp van wet met toelichting op te stellen.
Tot lid, tevens voorzitter is benoemd prof mr J. H. Beekhuis, hoogleraar aan
de rijksuniversiteit te Groningen; tot leden: A. H. Ages, notaris te Leens,
mr R. P. Cleveringa, president van het gerechtshof te Leeuwarden, mr E.
Heringa, administrateur a ter provinciale griffie van Zuidholland te 's-Graven-
hage, mr A. H. Koning, directeur van het kantoor Groningen van het concern
van de Friesch-Groningsche hypotheekbank N.V. te Groningen, dr ir J. E.
Muntinga, rijksconsulent voor grond- en pachtzaken te Groningen, mr W. A.