P. TERLINCK:
(voorzitter van de Orde der Landmeters in België)
Hef kadaster, de landmeters en kef notariaat
in België
De Belgische landmeter, en vooral de landmeter in het vrije
beroep, heeft niet dezelfde opvattingen en vooral niet dezelfde
verbintenissen ten opzichte van het kadaster, als dit met de land
meters in Nederland het geval blijkt te zijn.
Indien men in Nederland, meer dan in België, streeft naar tech
nische perfectie van het kadaster, mag men toch niet uit het oog
verliezen, dat de techniek ten dienste staat van het recht en niets
vermag tegen de absolute waarde van het recht. Aldus, hoe per
fect het ook is, een zuiver technisch kadaster blijft zonder waarde
of nut indien het de werkelijke rechtstoestand niet weerspiegelt.
Daarom is slechts een volkomen rechtskadaster betrouwbaar.
Het Belgische kadaster is verre van zulk een ideaal; het is en
blijft alleen maar een administratief instrument van fiskale aard.
Haar voornaamste bezigheid is niet de opmeting, doch wel de
schatting van het belastbare inkomen. De gevolgen daarvan liggen
voor de hand.
De Belgische kadastrale documentatie kan geen bewijs of begin
van bewijs leveren nopens een eigendomsrecht of nopens een
oppervlakte. Daarenboven, aangezien de bijhouding zuiver admi
nistratief geschiedt en zonder mogelijke tussenkomst van de be
langhebbenden en dus zonder nuttige of gepaste controle door
deze laatsten, is die bijhouding een bron van onjuistheden
geworden.
Gelukkigerwijze bestaat er (in de Belgische wet op het nota
riaat) geen verplichting om melding te maken van de kadastrale
aanwijzingen in de authentieke akten; men houdt zich aan art.
1108 BW. Aldus is het dat, in de notariële zowel als in de onder
handse akten, de partijen over een totale vrijheid beschikken met
betrekking tot de beschrijving der verhandelde goederen: het is
voldoende dat zij akkoord gaan met een gemeenschappelijke be
paling van het voorwerp. De notarissen vullen hun relaas welis
waar vaak aan met een opgave van de kadastrale sectie, de num
mers en de oppervlakte van de percelen die het voorwerp" uit
maken, maar deze opgave is, juridisch gesproken, van generlei
waarde, en bij de registratie der akten of bij hun hypothecaire
overschrijving of inschrijving, hebben de ontvanger, resp. de be
waarder, niet het minste recht de juistheid van die kadastrale
aanduidingen na te gaan, te doen verbeteren, aan te vullen of te
180