Ui! andere publicaties
Bijgevoegd zijn enkele kaartjes van de ruilverkaveling Spoor-
donk, oude en nieuwe toestand en een overzichtskaart van Neder
land met de ruilverkavelingsgebieden in voorbereiding, in uitvoe
ring en tot stand gekomen.
Wij hopen, dat het boekje ,,de ruilverkavelingswet 1954 in de
practijk" ook in de handen van vele kadastrale ambtenaren komt.
W. K.
Bezoldiging Burgerlijke Rijksambtenaren door G. J.
Rietmulder. Uitgave N. Samson N.V. te Alphen a/d Rijn.
Verschenen is de 22e Aanvulling, gedateerd 19 Augustus 1955.
Zij, die streven naar een gedegen kennis van het gehele bezol
digingssysteem en van de basis, waarop dit systeem wordt opge
bouwd, moeten noodzakelijk kennis nemen van dit regelmatig bij
gehouden verzamelwerk.
De meeste regelingen zijn hierin opgenomen.
Wij ontvingen van de Uitgeverij Astra uit Lahr in 't Schwarz-
wald een bericht over het verschijnen van een vijftal boeken over
Kartografie. In dl. 1 behandelt W. Barmann de ontwikkeling en
het wezen der Kartografie; dl. 2 (H. Bosse) voert ons in de tech
niek van het kaartenmaken in, terwijl in dl. 3 door dezelfde auteur
de verschillende druk- en vermenigvuldigingsmethoden worden
beschreven. H. P. Kosack en K. H. Meine schrijven in dl. 4 over
de vooruitgang der kartografische kennis in de periode 1943
1954. In dl. 5 tenslotte vertelt H. Weijngandt over de op de ver
schillende kaarten voorkomende plaatsnamen en de namen van
landstreken, het systematisch verzamelen der gegevens voor de
kaartbeschrijving en de uiteindelijke verwerking ervan op de uit
te geven topografische- en andere kaarten. Tientallen tekeningen
en kaarten verluchten de inhoud van deze serie over Kartografie,
welke tegen D.M. 122.via de boekhandel is te bekomen.
P. S. T.
Der Fluchtstab, jrg. 6 nr. 4, juli/augustus 1955.
Deze aflevering wordt geopend met een herdenking van Oskar
Schreiber, die in 1905 overleed. Schreiber is bekend geworden als
ontwerper van de driehoeksmeting van een groot deel van Duits
land, waarvan de uitvoering onder zijn leiding heeft plaats ge
vonden.
J. Heyink schrijft over ,,Hilfsvermessungen zur indirekten
Richtungsbestimmung bei der Kleintriangulation".
A. Sumpmann geeft zijn ,,Gedanken zur Rationalisierung der
201