k de latere tijd, toen die opleiding achtereenvolgens door de Ruil- verkavelingsdienst en de dienst voor B.L.W. is overgenomen. Het Bestuur van K. L. was wellicht niet tot deze onjuiste conclusie gekomen, indien het een vergelijking had gemaakt met de practische en theoretische vorming van de aan de T.H. afge studeerde studenten, na hun plaatsing op de verschillende bureaux en vóórdat zij deelnamen aan het nog af te leggen landmeters examen. Het is ons bekend dat de opleiding van deze adj.-landmeters veel tijd kost en dat inderdaad gedurende enige maanden de pro ductie onbelangrijk is. Tenslotte nog een opmerking over de niet zelfstandig werkende ambtenaar te velde en de eenvoudige veldwerkzaamheden, die hij zou verrichten. Hoe dikwijls is dit thema al aangeroerd! De mate van zelfstan digheid is naar onze mening meer gebaseerd op datgene wat deze ambtenaar mag doen, dan op datgene, wat hij kan doen. Dit wordt op de verschillende bureaux zeer verschillend opgevat. Het is echter beslist niet zo, dat de gemiddelde landmeetkundig ambte naar te velde geen ruime mate van zelfstandigheid kan dragen. Klachten over de prestaties van deze gemiddelde kadaster ambtenaar zijn er niet. Dit is ons op het Ministerie van Financiën bij navraag nadrukkelijk meegedeeld. Wij komen hier nog op terug. Bij de Ruilverkaveling, zowel als bij de dienst voor B.L.W. wor den de veldwerkzaamheden voor meer dan 80 verricht door landmeetkundige ambtenaren. Bij de bijhoudingsdienst ligt dit per centage belangrijk lager. Kan het Bestuur van K. L. nu wer kelijk in alle ernst volhouden dat, gezien het belangrijke aantal l.a. van de buitendienst, de door deze verrichte werkzaamheden uitsluitend of nagenoeg uitsluitend van meer eenvoudige aard zijn? Indien dit zo zou zijn valt er de conclusie uit te trekken dat de landmeter vroeger behoorlijk overbetaald is. Wij zijn daarentegen van mening dat de werkzaamheden, door l.a. te velde verricht, niet in die mate, als door het Bestuur van K. L. wordt gesuggereerd, van meer eenvoudige aard genoemd kunnen worden. Wij durven te stellen, dat de veldwerkzaamheden, die de land meters verrichten, voor een belangrijk percentage liggen op het zelfde niveau als die, welke door de landmeetkundige ambtenaren A worden uitgevoerd. Het veldwerkarchief op vele kantoren kan bewijzen, wie van beide partijen het gelijk aan zijn zijde heeft. Het is hoog tijd, dat dit fabeltje van eenvoudige veldwerk zaamheden" wordt opgeborgen op de rommelzolder bij de „een voudige Staat 75" en de „veldassistent", begrippen waartegen wij helaas eveneens verscheidene jaren hebben moeten vechten. 173

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1955 | | pagina 7