opbrengst in geen verhouding komt te staan tot de in 1892 ge
fixeerde geschatte bunderopbrengst. Ieder jaar worden er onge
veer 15.000 hectaren toegevoegd aan het gebied, dat door ruil
verkaveling en andere cultuurtechnische arbeid een geheel ander
aanzien kreeg niet alleen, maar waarvan bovendien door
de ,,landomlegging ten minste 20 meer opbrengst ver
kregen wordt. Die honderdduizenden hectaren ruilverkavelings-
gebied van gisteren en morgen behouden op grond van de Grond-
belastingwet van 1870 niet alleen dezelfde belastbare opbrengst
per hectare, doch in precies dezelfde oude perceelschakering als
op het tijdstip van de schatting in 18821889. Er zijn duin
terreinen, waarvan thans nog de belastbare opbrengst voor de
grondbelasting geldt van één tot twee gulden per hectare, maar
die in werkelijkheid als kampeerterrein ruw geschat een bruto
huur van 10.000,tot 12.000,per bunder opbrengen.
Wildernisachtige randen langs de oude veenplassen (verschil
lende meren) en langs braken" (b.v. bij Durgerdam) verander
den zonder ontginning in watersportcentra; de opbrengst van deze
is soms tienduizenden malen hoger dan de geheel verouderde
schatting in de kadastrale legger aangeeft. De afsluiting en inpol
dering van Zuiderzeegebied, waardoor honderden kilometers zee
dijk tot gewone" polderdijken werden (met de daaraan ver
bonden verlaging der onderhoudskosten), brachten geen veran
dering in de aftrek wegens polder- en dijklasten.
Het „gebouwd"*
In 1904 werd de belastbare opbrengst voor gebouwde eigen
dommen opnieuw in een herschattingswet vastgesteld. Grondslag
voor deze opbrengst was de gemiddelde huur uit de jaren 1892
1896. Sinds de eeuwwisseling evenwel is er op het gebied van de
stedebouw en van de planologie nogal het een en ander gebeurd.
De verovering van het land door auto en bromfiets, de verlossing
van het dorp uit zijn isolement, de opkomst van het forensenwezen
als massaverschijnsel zijn nog maar enkele facetten ervan. Ver
legging van de verkeersstromen buiten dorpskernen, interne stads-
migratie naar de buitenwijken sedert de eeuwwisseling, deden
soms hele straten met huizen sterk in waarde en in huuropbrengst
dalen, maar deze relatief wel eens zeer sterke waardeverminde
ring ging aan de grondbelasting voorbij. Weer elders treft men
naast elkaar gelegen villa's, waarvan de grondbelasting onder
ling sterk verschilt door het feit dat het ene huis vóór en het
andere na de aanleg van een verkeersweg of van een villapark
werd gesticht. De dienst van de Grondbelasting mag rekening
houden met de „stand" en de ligging; en deze factoren kunnen
vooral in een dynamische tijd als de onze nogal plotseling op
treden of wegvallen.
Ik vraag mij wel eens af, hoe het mogelijk is met de ouderwetse
212