Ruilverkaveling
Ir. L. H. BOUWMAN:
AGRARISCHE HERVORMING OP AMELAND.
Inleiding»
Zoals bekend mag worden ondersteld kwam in 1916 op Ame
land de eerste ruilverkaveling op vrijwillige grondslag tot stand,
derhalve vóórdat de eerste ruilverkavelingswet van kracht was»
Het betrof toentertijd de ,,Ballumer Mieden" een complex zand
en veengronden ter grootte van 190 ha dat als hooiland werd
gebruikt. Toen in 1924 de eerste wet op de ruilverkaveling was
aangenomen, werd de eerste aanvraag tot ruilverkaveling inge
diend voor de Miedelanden ten westen en ten oosten van het dorp
Hollum, welke dus eveneens op het eiland Ameland waren ge
legen. De oppervlakte van de „Hollumer Mieden" bedroeg 335 ha;
deze ruilverkaveling kwam in 1927 tot stand.
Alhoewel de in het kader van de bovengenoemde ruilverkave
lingen tot stand gekomen werken in landbouwkundig opzicht grote
verbeteringen hebben gebracht, zijn deze verkavelingen uitgevoerd
volgens de oude stijl, hetgeen o.m. betekende een te geringe samen
voeging van de verspreid gelegen percelen en een onverhard
wegenstelsel, terwijl het afwateringsstelsel te weinig was aange
past aan de hoogteligging van het terrein. Voorts zij medegedeeld
dat op het omringende zand- en kleigebied nog geen ruilverkave
ling werd toegepast, terwijl nagenoeg elke landbouwer aldaar niet
slechts grond in gebruik heeft in de Mieden, doch tevens in het
zandgebied en in het kleigebied.
Het is dan ook om deze reden dat door het bestuur van het
waterschap ,,De Grieën" op Ameland in 1951 een aanvraag tot
ruilverkaveling werd ingediend ten behoeve van een complex
gronden kadastraal bekend onder de gemeente Ballum als sectie
A, B, E en F waarin de beide bovengenoemde blokken opnieuw
werden opgenomen teneinde deze aldus te doen delen in de ver
betering van ontsluiting en afwatering welke heden ten dage bij
een ruilverkaveling intensiever ter hand worden genomen dan
vroeger het geval was. Het kwam gewenst voor, dit blok van aan
vraag in het noordelijke gedeelte uit te breiden tot de zogenaamde
Rijksdraad, langs de voet van de duinen. De oppervlakte van het
aldus gevormde blok bedraagt rond 1800 ha.
Het wil ons voorkomen dat het nuttig is om het naar aanleiding
van deze aanvraag door de Centrale Cultuurtechnische Commissie
uitgebrachte rapport en het daarbij opgestelde ruilverkavelingsplan
voor het ruilverkavelingsbehoeftige gebied ,,De Grieën" nader aan
een beschouwing te onderwerpen.
De moeilijkheden op landbouwkundig gebied, welke zich in het
13