w. w.
Bij de begrafenis is ons duidelijk geopenbaard dat de heer
Steketee wist dat zijn laatste reis voor hem een behouden aan
komst inhield.
Zo zij het.
G. A. B. FRINKING:
Verlies is geen verlies, als lief illusies weg
vaagt. en de weg wijst naar een beter plan
(H. G. Wells)
Het blijkt me uit enkele reacties, dat mijn artikel ,,Waar winst
is, ligt verlies op de loer" in het november-no. van dit Orgaan",
dat overigens van redactionele zijde i.v.m. de ruimte moest worden
ingekort, enige aanvulling behoeft.
Bovendien blijkt me telkens weer, dat men op de tekenkamers
nog niet geheel op de hoogte is van het verschil tussen de beide
soorten reprodukties, die bij onze dienst in gebruik zijn.
Welnu, om met het laatste te beginnen, deze zijn:
1. Negatieve en positieve fotokopieën op hardwerkend foto
grafisch papier, dat via een lens wordt belicht, ontwikkeld in
vloeistoffen en ten slotte gedroogd. (Voor deze positieve fotokopie
dient men vooraf een negatieve te vervaardigen.)
2. Lichtdrukken op „Ozolid" lichtdrukpapier, belicht langs
directe weg als contact-druk en droog ontwikkeld door middel van
amoniakdamp.
Het is duidelijk, dat de behandeling van de laatste procedure
veel eenvoudiger en daardoor goedkoper is, waarbij nog komt dat
de prijs van het lichtdrukpapier ongeveer 1/10 van die van foto
papier bedraagt.
Wanneer ik dan nog noem dat bedoelde lichtdrukken altijd
positief zijn (lijnen op witte grond), dan spreekt het vanzelf dat
steeds meer tot dit procédé wordt overgegaan.
Om lichtdrukken te maken heeft men echter een doorzichtig
origineel nodig, hetzij van papier, hetzij b.v. van filmmateriaal.
Dit laatste heeft toepassing gevonden bij onze dienst, waarbij
lichtgevoelig filmmateriaal wordt gebruikt, waarop het plan langs
directe weg door contact-druk wordt belicht en ontwikkeld en een
positief beeld (zwarte lijnen) oplevert.
Een filmplan is dus een fotografische reproduktie van het bij
blad op doorzichtig filmmateriaal, met het doel hiervan lichtdruk
ken te vervaardigen. De thans vervaardigde filmplannen van alle
kantoren berusten bij de fototechnische dienst te Amsterdam en
worden aldaar bijgewerkt.
Dit bijwerken geschiedt op de gebruikelijke wijze, waarbij de
64