De metingen zijn verbonden aan een net van polygonen, dat
met behulp van een boussole of door zonnewaarnemingen naar het
noorden is georiënteerd. Aansluiting aan het rijksdriehoeksnet is
nog niet mogelijk, omdat de triangulatie van de le orde slechts
kortgeleden tot stand kwam en dus een driehoeksmeting van lagere
orde in vele gebieden ontbreekt. Het instrumentarium is modern:
voor de tachymetrische opnamen staan naast vele Wild T2-theodo-
lieten ongeveer 300 Wild Tl's ter beschikking.
Wil men in een land van de omvang van Turkije in één generatie
het kadaster voltooien, dan zal het werk sneller voortgang moeten
hebben. Daarom is ook de fotogrammetrische methode ingevoerd.
In 20 jaren hoopt men een oppervlak van 400.000 km2 te bewerken
(in dat gebied vindt men rond 30 miljoen percelen). In Istanbul
worden voor dit doel sedert 1949 geodetische ingenieurs met kennis
van de fotogrammetrie opgeleid. Aan een Zwitser is de technische
leiding toevertrouwd. Zes leraren onderwijzen daar de vakken
landmeetkunde, projectieleer, waarnemingsrekening, astronomie,
fotogrammetrie, kadastrale techniek, hogere geodesie, cartografie,
kaarttekenen en kadasterrecht. Alle studenten, die meestal lyceum-
vooropleiding hebben, moeten toelatingsexamen doen. Na het
eindexamen de studie duurt 4 jaar moeten allen nog een jaar
praktisch werkzaam zijn aan het fotogrammetrisch instituut met
het oog op hun latere aanstelling bij de kadastrale opnamen. Tot
nu toe zijn een veertigtal geodetische ingenieurs opgeleid. Andere
opleidingsmogelijkheden bestaan er niet, maar de laboratoria voor
geodesie en fotogrammetrie zijn modern en royaal uitgerust.
Uit enkele proeven bleek reeds het voordeel van de fotogramme
trische methode boven de tachymetrische. In 1953 is 16.000 km2
gevlogen. De resultaten zijn op 6000 filmplaten vastgelegd. Hierbij
waren meer dan 6000 paspunten nodig.
Principieel gebruikt men de schaal 1 5000, behalve natuurlijk
voor steden en dorpen, waar meer doetreffende schalen worden
gebezigd. De oppervlakten, die op de vergrotingen 1 5000 ge
middeld geen grotere fout vertonen dan 1%, worden voorlopig vol
doende nauwkeurig berekend geacht. Een belangrijk deel van de
platen verwerkt men tot kaarten 1 25.000. Het is begrijpelijk dat
op deze wijze geen 100% kadasterkaarten ontstaan. Coördinaten
bevatten de plans niet. Het gehele systeem ademt de geest van een
voorlopige opbouw; het hoofddoel, de oppervlakteberekening en
het weergeven van de vorm der percelen wordt echter in voldoende
mate bereikt. En het werk schiet op! Naast deze metingen stelt
men zich voor, een op het rijksdriehoeksnet gebaseerde meting tot
stand te brengen, zodat men het aldus geproduceerde kaartwerk
ook voor vele andere doeleinden gebruiken kan.
Voor deze arbeid waren in 1954/1955 nog slechts 100 kadaster
technici beschikbaar.
74