Voorbeeld: gegeven koorde 234,61 en boog 256,54;
gevraagd hoek a,
Oplosstofl; ƒ- =0,0.436518.
i-
Wat is hier eenvoudigweg gedaan? Het resultaatregister, dat bij
46,1 X een achterstand vertoont, gaat bij x graden x X vooruit.
De sinustabel loopt per x graden op met x X 0,01176.
De vergelijking: x X de achterstand 0,01176 x
levert op: x
achterstand
f— 0,01176'
De achterstand in het resultaatregister is hierboven gedeeld door
0,01176) en de uitkomst van deze deling heeft de hoek in
het omwentelingsregister gecompleteerd.
Zijn pijl en boog gegeven, dan wordt de middelpuntshoek a als
volgt bepaald.
Uit p r (1 cos. IA a) en b r volgt:
2p
b a b Q
Noemen we
2p
b q
dan is 1 X x/2 a cos x/2 a
76
Omwentelings
Instelbord
(kommastand 8)
Resultaat
Sinus
register
(kommastand 5)
register
(kommastand
13)
(uit form.
Kad. nr. 61)
0,0
f 0,01436518
0,0
10,0
0,143
0,156
20,0
0,287
0,309
50,0
0,718
0,707
45,0
0,646
0,649
46,0
0,660798
0,661312
46,2
0.663671
0,663665 117,
0,662489 .1J/0
46,1
0,662234798
f—0,01176
0,00260518
46,19758 y2«
sin 46,1
De gezochte hoek blijkt te liggen tussen 46,1 en 46,2 gr. De differentie be
draagt 0,001176 per dgr of 0,01176 per gr.
We verminderen nu het getal op het instelbord (zonder iets op te schrijven)
met +0,01176 en draaien het resultaatregister bij tot de sinus van 46,1 gr. In het
omwentelingsregister staat dan de hoek 1/2 a. Hoek a 92,3952 gr.
Q