Pacht- en koopprijzen stegen hier tot het viervoud van die van overige tuingrond. Andere dichtbevolkte landen tenderen eveneens tot intensieve bodemcultuur, zoals China of Java, waar drie oogsten per jaar geen uitzondering zijn. Australië heeft bij een geringe be volking een extensieve cultuur: schapenhouderij, c. Op het gebied der statenvorming gaat de regel ook op. Toyn- bee schrijft in zijn Studie der Geschiedenis: ,,De Verenigde Staten kunnen zich onopgemerkt van de Atlantische tot de Stille Oceaan uitbreiden, en Rusland van de Oostzee tot de Stille Oceaan, terwijl alle inspanningen van Frankrijk of Duitsland die landen het veilige bezit van Elzas of van Posen niet kunnen verzekeren." d. Voor het verkorten van de factor afstand ontvingen Ameri kaanse spoorwegmaatschappijen gebieden zo groot als Nederland, België en Frankrijk tezamen. e. Ook in een stad ziet men intensiteitsgordels, n.l. van gebouwen, Waar de grond het duurste is, vindt men b.v. in New-York de hoogste gebouwen. De sky-line is piramidevormig. Op 30 km van het centrum vindt men bungalows. (In dit kader is de Lijnbaan in Rotterdam een misslag: gebouwen met één verdieping, terwijl de saneringskosten 2.000,000 per ha bedroegen.) De grondgedachte, die in al deze voorbeelden aanwezig is, kun nen we in één algemene regel samenvatten: De grond verkrijgt eerst zijn waarde in relatie met de mens De verhouding mens-bodem is verder functioneel. Toename van x geeft toename van y. X en y zijn dan de grootte van de mensen groep en het landoppervlak. Men kan met evenveel recht zeggen, dat in een gebied veel boerderijen zijn gebouwd, omdat de grond er goed was, dat Nederland een grote bevolking heeft, omdat de bodem deze verdroeg, dat Siberië een barre bodem had, en dus bevolkingsarm moest zijn, als wel, dat de grond in een gebied met veel boerderijen beter zal worden door de grotere intensivering, dat Nederland een hoge landbouwproduktie heeft dank zij de grote bevolking, dat Siberië een arme bodem had, omdat er weinig mensen woonden. Een functioneel verband heeft altijd iets van een wissel werking. Velen zullen zeggen, dat de mens maatstaf aller dingen is, en in alle gevallen het resultaat bepaalt. Verderop zal blijken, dat de bodem, als gegeven, de menselijke psyche tot afgeleide kan hebben: de relatie mens-bodem wordt niet altijd naar de bodem opgelost. De factor vervoer* Landbouwprodukten kenmerken zich bij een groot volume door een betrekkelijk geringe waarde. De kosten van vervoer kunnen gemakkelijk groter worden dan de kosten van voortbrenging. Dit moge eveneens blijken uit een aantal voorbeelden. 143

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1956 | | pagina 3