en maakt de lezer bovendien enigszins vertrouwd met de vectoren.
De schrijver van dit artikel behoort tot de mensen die het nazien
van de drukproeven aan den lijve hebben ondervonden. Het
is dan ook met een zeker schuldgevoel dat hij hier wijst op een
drukfout. Op blz. 45, regel 4 van boven staat: waarin \\da\\ enz.,
dit moet zijn: waarin dn enz. In 11 van dit hoofdstuk vindt
men de rekenmethoden voor het oplossen van stelsels lineaire ver
gelijkingen. Deze paragraaf heeft een vrij pittige inhoud en zal bij de
bestudering voor menigeen moeilijkheden opleveren. Toch is het
niet moeilijk zich het gebruik van de schema's 2 en 4 eigen te
maken. Naar onze smaak moet men de schema's 3 en 5 beschouwen
als richtingaanwijzers die de weg aangeven in de schema's 2 en 4.
Desnoods kan men eerst de tabellen 11a en lib in 4 van hoofd
stuk XI narekenen om te controleren of men de goede weg be
wandelt.
Hoofdstuk V, driehoeksmeting vinden wij persoonlijk een van de
bekoorlijkste hoofdstukken. Het aanzien mag dan schrikwekkend
zijn vanwege de vele formules, als men de stof rustig tot zich
door laat dringen valt het nog wel mee. Speciaal wijzen we op de
overeenkomst tussen de formules voor de gelijkvormigheidstrans
formaties, de conforme en de affiene transformatie in 3 en 4.
Bij deze paragrafen behoort het volledig uitgewerkte rekenvoorbeeld
in hoofdstuk XI, 4. De grote voordelen die de matrixrekening
biedt, komen in dit voorbeeld sterk tot uiting. Het rekenwerk ver
loopt vlot en de vele controles geven de rekenaar een gevoel van
veiligheid. Het formulesysteem van hoofdstuk V, 3 en 4 heeft
inmiddels zijn bruikbaarheid in de praktijk dubbel en dwars be
wezen. Met behulp van ponskaartenmachines zijn volgens deze for
mules driehoeksnetten berekend die veel groter zijn dan de ketting
in hoofdstuk XI, 4.
Hoofdstuk VI, veelhoeksmeting geeft een overzicht van de ver
effeningsmethoden voor veelhoeken en aanverwante onderwerpen.
We vermoeden dat dit hoofdstuk vaak geraadpleegd zal worden.
Enkele praktische toepassingen vindt men in hoofdstuk XI, 3.
De hoofdstukken VII, fotogrammetrie; VIII, detailmeting en IX,
kaartering en groottebepaling bevatten een aanzienlijk lichter ver
teerbare stof dan de voorgaande hoofdstukken.
Dit wordt echter weer gecompenseerd door hoofdstuk X, toetsing
van meet- en rekenuitkomstën. De bestudering van dit hoofdstuk
vereist enige kennis van de mathematische statistiek. Van de litte
ratuur die in 6 wordt genoemd willen wij op deze plaats de
publikatie van Prof. Hemelrijk nog eens extra aanbevelen. Toch
zal men er niet gemakkelijk komen als men alleen aangewezen is
op bestudering van dit hoofdstuk en de litteratuur. Naar wij hopen
zal er echter een mogelijkheid worden geschapen om door middel
van cursussen deze vrij moeilijke materie te verduidelijken.
Hoofdstuk XI bevat enkele voorbeelden van verkenning en be-
203