13, doet hij daarvan aantekening in kolom 14 door de letters b en n.
Mocht een netteplan tijdelijk afwezig zijn, dan wordt dit in kolom
15 vermeld.
Met dit „register" heeft men steeds een volledig overzicht van
de stand der werkzaamheden, wat nog vergemakkelijkt wordt door
het „register" te splitsen in drie delen: G.D„ P.W. en B.O.
Aan het eind van het jaar wordt het „register" afgesloten, en
de nog niet toegepaste veldwerken opnieuw ingeschreven voor het
volgend dienstjaar.
Verder is aangelegd een „register", waarin alle plans, uitgezon
derd die, waarvan een filmplan aanwezig is, in natuurlijke volgorde,
alfabetisch gerangschikt naar de gemeenten, onder elkaar zijn
vermeld. Achter deze lijst worden op dezelfde wijze alle plans in
geschreven, waarvan een filmplan aanwezig is. Het is nl. gewenst
een overzicht van deze plans te hebben, ook al met het oog op de
verzending van hulpkaarten naar Amsterdam. Het is praktisch hier
bij iets meer tussenruimte te nemen. (Men zou hiervan ook een
kaartsysteem kunnen aanleggen, ofschoon dit misschien minder
overzichtelijk is.)
Bij inlevering van een st. 75 wordt achter elk plan, waarvan
hulpkaarten vervaardigd zijn, in zacht potlood het aantal percelen
vermeld, dat hierop moet worden bijgewerkt. Is er sprake van een
filmplan, dan kan men bij opzending naar Amsterdam onder het
aantal percelen b.v. „Asd" vermelden, dat bij terugontvangst wordt
doorgehaald.
Het totaal aantal percelen moet aan het eind van het jaar over?
eenstemmen met het totaal van het eerste „register". Eventueel'
bestaat nog controle door vergelijking met de nummerkaarten.
Tevens is een goed overzicht verkregen van die plans, waarvan
ten behoeve van de jaarlijkse bijwerking fotokopieën vervaardigd
moeten worden.
Dit „register" kan elk jaar opnieuw worden gebruikt.
Het derde „register" is ingedeeld in kolommen, die in het hoofd
de namen vermelden van de aan het bureau werkzaam zijnde
ambtenaren, met links een kolom voor de datums.
Achter elke datum wordt ingevuld, welke werkzaamheden deze
ambtenaren hebben verricht, wat vereenvoudigd wordt door het
volgnummer van het eerste „register" te vermelden.
Aan het eind van het jaar wordt nog een lijst opgemaakt van de
alsnog bij te werken percelen op veld- en gemeenteplan. Bij ont
vangst van de plans van een gemeente wordt in het tweede „regis
ter" aantekening gehouden van die gemeenteplans, waarvan de
materiële toestand een nieuwe fotokopie vergt, uiteraard pas voor
het volgend dienstjaar. Ook wordt dit „register" o.a. nog gebruikt
om de te vernieuwen bijbladen en netteplans te noteren.
212