tï' s 216 Wij geven U deze statistiek hieronder weer: Rang .5 l .5 a -o Cü O S o>!?* Meetarbeider Tekenaar Landm. ambt. S Landm. ambt. A Landmeter Ing.-verificateur adj.-commies 138 250 275 467 583 233 200 340 420 620 770 300 44.9 36 52.7 33 32 28.7 322 530 615 1161 1437 471 61 55.9 46.5 95.3 86.6 57 133.3 112 123.6 148.6 146.5 102.1 368 666 733 1247 1555 621 14.3 25.7 19.2 7.5 82 31.8 368 minimum 626 (18.2 o/o) 687 (11.7 o/o) 1161 (0 o/o) 1447 (0.79 o/o) 585 (24.30/0) De laatste kolom „algemeen tekort" behoeft enige toelichting. Er is hierbij uitgegaan van de gedachte dat de salarissen van de hoofd ingenieurs na de laatste salarisverhoging voor de hogere- en hoofdambtenaren thans goed liggen. Dit geldt bij ons dienstvak voor de landmeter van 1928, thans hoofdingenieur. Gelet op de gedevalueerde gulden van 0,37t.o.v. 1928, komt deze hoofd ingenieur thans nog 7,5'% met zijn salaris beneden het bedrag van de waarde vaste gulden van 1928. Dit tekort van 7,5% is in de bedragen en de procenten in de laatste kolom voor alle groepen dus als algemeen tekort aanvaard. Een uitzondering is gemaakt voor de groep meetarbeiders die als minimum- lijders vroeger en thans, dit tekort niet kunnen dragen. Nog wordt opgemerkt, dat b.v. de leraren fel protesteerden tegen de beperkte verhogingen voor enkele groepen (hetgeen ook in de nieuwe pensioenwetgeving tot uiting komt) en de motivering van de regering in alle opzichten onjuist noem den. Rangeninflatie, zoals bij verschillende groepen rijksambtenaren werd toe gepast, is bij leraren niet mogelijk. De vakbonden reageerden tot nu niet in het openbaar. Wel echter blijkt de ontstemming enigermate uit het inmiddels verschenen Voorlopig Verslag op de rijksbegroting Financiën. Men late zich door deze schijnbare rust niet misleiden. De onrust in ons corps blijkt reeds uit het grote aantal ontslag vragende land meetkundige ambtenaren (na 1 januari 1956 reeds weer 50 op een totaal aantal van ongeveer 400!). Wij kunnen geen genoegen nemen met salariswijzigingen, die door bijna alle bonden zijn afgewezen. In de C.R.P. zal een en ander opnieuw worden besproken. Lof werd toegezwaaid aan leraren en cursisten van de overgangsvakcursus Landmeetkunde. Voorzover dit kan blijken, gaven de cursisten al hun krachten, om de spoed-opleiding te doen slagen. Uiteraard hebben wij veel belangstelling voor het werk dat de geslaagde Technisch Ambtenaren le klasse zullen verrichten. Wij betoogden, dat het brengen van een sterke differentiatie in het werk van de meetkrachten van verschillende rang zeer moeilijk zal blijken. De staatssecretaris heeft weliswaar verklaard, dat de T.A. le klasse alleen werkzaamheden van de landmeters zal overnemen, maar het blijft gewenst, het Bestuur op de hoogte te houden. Ook in dit opzicht heerst twijfel. Officieel is omtrent enige verbetering van de salarispositie van landmeetkundig

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1956 | | pagina 40