ment DA af, waarna de coördinaten van A volgen door DA te snijden met cirkel M. Hierbij vindt U twee snijpunten, waarvan er slechts één blijkt te voldoen. De gevraagde coördinaten luiden: A —79,20 1071,52. Enkele tussenresultaten: D 278,036 2385,203 M 870,694 2686,755. Er is echter ook nog een andere aardige manier van oplossen mogelijk. G. Verburg heeft deze toegepast. U kunt haar ook vinden in het ,,Handbuch der Vermessungskunde" van JordanEggert, zweiter Band, erster Halbband. We beschouwen vierhoek AREDNadat we op een der bekende manieren de coördinaten van D hebben bepaald, zijn de lengten ER ta en ED b bekend. Ook de hoeken a, ft eni y zijn of reeds gegeven of af te leiden. We stellen nu twee onbekenden, n.L ERA 99 en EAD ip en als hulponbekende nog EA t= p. (p xp 400 a 7. sin Q9 sin B p a en p t= b sin a sin^ Uit deze laatste twee vergelijkingen volgt: sin 09 sin w t= sin a sin p /c. a Of sin 99 sin xp t= x/2 cos (99 ip) /2 cos (99 ip) k. We hebben dus de volgende betrekking: cos (99 yi) cos (99 xp) 2 /c. 32 E cc b -Rb

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1957 | | pagina 32