voor allereerst in aanmerking komende gebieden. Daarbij komt,
lijkt het mij, dat door deze beide zeer dynamische diensten juist
ook de dynamische personen worden aangetrokken, de middenmoot
van de ranglijst dus, die in het algemeen de kern vormt van het
produktieve deel van een gemeenschap.
Neemt men in aanmerking, dat in de afgelopen 15 jaren een zeer
groot aantal ervaren krachten aan de bijhoudingsdienst is onttrok
ken door plaatsing op een B.L.W.- of Rvk-bureau, en dat vooral
de laatste drie jaren het corps is gedecimeerd door het wegtrekken
van de actiefsten onder ons naar lagere organen, dan kan het niet
anders of het loopt bij de L.D. spaak met de werkzaamheden in een
tijd van hoogconjunctuur. Uit de Kamerstukken blijkt dit wel dui
delijk: Het aantal binnengekomen akteposten (dat we voor de
jaren van voor de oorlog kunnen schatten op ongeveer 25.000)
bedroeg in 1952 zo tegen de 26.000, in 1953 bijna 30.000, in 1954
ruim 32.000, in 1955 rond 36.000 en in het afgelopen jaar meer
dan 40.000. De door de controle van de grondbelasting opgegeven
te meten posten (ongeveer 20.000 vóór 1940) toonde een minder
snelle stijging, begrijpelijk, omdat de bouwcapaciteit aan bepaalde
grenzen gebonden is:
1952 24344, 1953 26848, 1954 27712, 1955 28766,
1956:28490.
De achterstand in het aantal te meten objecten toonde een nog
desastreuzer beeld:
Op
1 jan.
akteposten
controleurs-
posten
totaal
vermeerdering
sinds l-l-'52
1952
44.506
52.905
97.411
1953
49.996
55.930
105.926
8,515
1954
53.718
58.406
112.124
14,713
1955
63.100
66.730
129.830
32,419
1956
74.143
75.050
149.193
51,782
1957
88.329
82.724
171.053
73,642
Achterstand bij de hermeting
Was de achterstand bij de gewone bijhoudingsdienst desastreus
te noemen, de hermetingen (welke broodnodig zijn om ook op het
terrein van de planologie weer een vooraanstaande plaats te her
overen) verkeren ook nog maar in het eerste stadium van de op
gang. Van alle oude stadskernen in ons land is de hermeting van
bijna de helft van een dringende urgentie. Van alle buitenwijken van
steden en andere grote bevolkingsagglomeraties samen moet bijna
V3 zeer dringend worden hermeten en van 1j17 deel dezer buiten
wijken in heel Nederland (een 4.000 ha) is hermeting urgent.
95