verband met opschriften en door vergelijking gesteld op meer dan
5000 jaar.
Uit geschiedkundige gegevens van die tijd, aangevuld met de op
schriften van zo'n kanalenschets, kon nog worden nagegaan, dat
koning Eanadou het kanaal Louma-dim-shar heeft gekruist op één
van zijn vele reizen.
Een ander plan op zo'n kleitafeltje bevatte een terrein, overdekt
met verschillende gebouwen, van welke speciaal zijn genoemd het
weefhuis, de stallen en de voorraadschuren. Blijkens de vermelde
lengtematen is het terrein zuiver rechthoekig. Deze maten en ook
de windstreken zijn hier aan alle zijden ingegrift.
Ons Chaldeeuwse „kadaster" kan geen aanspraak maken op vol
ledigheid. Er waren te veel inboorlingen bekend met de opgravin
gen. Zeer veel van het materiaal is daardoor verloren geraakt. De
resten blijven echter interessant.
In het museum te Konstantinopel tenslotte bevinden zich ook
soortgelijke tafeltjes, van welke er enkele door de vinder, de be
kende onderzoeker Frangois Thureau-Dangin uitvoerig zijn bespro
ken. De voorzijde van één van deze bevat de tekening van het
gebied der stad Dunghi; op de achterzijde zijn, in een kadertje
gevat, weer de oppervlakten van de gedeelten vermeld. Dit kader
tje is o.a. afgebeeld in zijn Recueil de tablettes Chaldéennes.
193
Fig. 3