een berekening op schaal maakte. De bewerker van deze tablet,
generaal Allotte de la Fuije deed hetzelfde. Ons cliché is onge
veer op schaal 1 15000. Met volle lijnen is de omtrek aange
geven, met streeplijnen de hulpconstructie, die diende bij de bereke
ning van de oppervlakte.
Het tablet toont ons een vierkant, gesneden door een kromme lijn
en omgeven door een kleine vierhoek en verschillende driehoeken.
De lengten, ingeschreven langs 3 van de zijden van het vierkant,
zijn: verticaal links 170, beneden 60 en boven 53,50; het is dus een
vierhoek, niet veel verschillend van een rechthoek.
De landmeter heeft de zorg gehad op zijn schets de schatting
van de oppervlakte der delen te noteren: voor de stukken terzijde
staat deze notitie buiten de figuur, voor de vierhoek zijn de maten
te vinden langs de kromme lijn. Als deze schatting klopt met die
welke men verkrijgt, als men bovengenoemde gegevens toepast op
de formule van het rechthoekig trapezium, zou men kunnen beslui
ten, dat de figuur inderdaad een rechthoekig trapezium is.
195
23 f
OO
Fig. 5, 6 en 7