xM s 0 en cotg w, wordt dit: cotg 100 -j- (p) xc XA (Yb Ya) cotg cp(5) Uit form. (2) volgt op dezelfde wijze: Yc=Ya-(Xb-Xa) cotg tp. (6) Voor het diametraal tegenover punt A gelegen punt D volgen uit form. (3) en (4): Xd Xb (Yb-Ya)cotg <p en (7) Yd=Yb-(Xb-Xa)cotg v. (8) De abscissen- en ordinatenberekeningen verschillen ook hier, be halve in verwisseling van X en Y, slechts in tegengestelde teken van de cotangenten, terwijl de abscissen- en ordinatenver schillen parallel lopen met de verschillen van de gemeten richtingencp (PB) - (PA). In de gerichte driehoek ABM zijn de beide basishoeken elk (100 cp) mod. 200. De coördinaten van het middelpunt van de omgeschreven cirkel kunnen dus eveneens met de basishoeken- methode berekend worden. Formules (3) en (4) toepassend met a (100 99), vinden we: XM XB Yb-\Ya-(Xb-Xa) cotg (100 <p)\ of omdat 2 cotg (100 q>) cotg (100 93) tg cp: XM XB+ YB-\YA &B-Xjd'*Q_ti (9) 2 tg cp YM= Yb XB \XA (yB Yjd *9 <P\ (10) 2 tg <p De bewerking van deze formules in de rekenmachine is, uitgaand van op (PB) Schema I (berekening Xm en Ym met behulp van tangenten) Or S Y A Yb Ym Ib S Rr Yb Deze beide formules kunnen we vereenvoudigen door teller en noemer te vermenigvuldigen met cotg 99. Dan ontstaan: 169 XB t9 95 2 tg cp tg 93 2 tg 99

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1957 | | pagina 5