meester. Laat die bovenmeester in Drachtster Compagnie nu uit
gerekend nèt de vader van landmeter Schuurman zijn, welke laatste
toen zorgde voor het contact met de onmisbare opleider. Zo kwam
collega Dalstra meer dan 25 jaar geleden te Heerenveen in de
bekwame handen van wijlen R. B. M. de Boer, ,,die de tekenaars
aan de lopende band maakte, één van de allergrootsten, die ons
Corps heeft voortgebracht/' Eerste leerling van De Boer: Koop-
mans; laatste succesvol opgeleiden: Dalstra en Oldenziel, want het
volgend jaar was de vrije opleiding de hals omgedraaid.
Tijdspiegel*
Een ranglijst is een vage spiegel van de tijd, waarin wij leven.
In die van het examen 1918 ligt alle vooruitgang en teleurstelling,
het nieuwe bestel en de in-stukjes-hakkerij van ons Corps besloten.
Vooruitgang en tevens de teleurstelling tot nog toe: Pieterson, de
primus inter pares der middelbare landmeetkundigen van het kadas
ter, reeds in 1931 uitverkorene voor de velddienst, lichtend voor
beeld voor ieder die veldwerkzaamheden ging verrichten. Iemand
die (wanneer trouw aan het kadaster hem niet had weerhouden)
elders reeds jarenlang technisch hoofdambtenaar zou zijn geweest.
Vooruitgang ook als we een andere geslaagde uit 1918 in het oog
vatten: Hoddenbach, rechterhand van Ir. Harkink tijdens diens
cursus, leraar later aan het C.T.O., dat de nieuwe organisatie mede
inluidde. Het nieuwe bestel tekent zich verder in het grote getal
chefs-de-bureau: wijlen collega C. J. Wolf, in leven te Nijmegen,
Veldkamp, een der eersten die het diploma P.B.N.A. landmeten
veroverde kort na 1931thans chef bij de Ruilverkaveling in Alk
maar. Dan J. D. H. van der Neut, sedert enige jaren chef te Amers
foort, naar welke stad hij reeds in 1920 verplaatsing had verkregen.
Collega G. Dekker, te Middelburg sedert 1925 en K. L. de Kok, te
Rotterdam sinds 1918, kregen voor en na eveneens een benoeming
als chef de bureau.
Teleurstelling: Van der Neut en Veldkamp rekenen beiden op
een goede kans voor de landmeterij, als in 1931 Pieterson naar de
proef-Amsterdam gaat. Veldkamp toont animo, studiezin en door
zettingsvermogen door het behalen van een landmeetdiploma. Te
vergeefs, want Pieterson blijft de enige aangewezene van examen
1918.
Wie vroeger (in de jaren toen alle metingsstukken nog minutieus
op de bureaus van de I.V. moesten worden nagezien) door de In
genieur-Verificateur als diens assistent werd uitverkoren, die was
een kei in het vak, gaf reeds alleen hierdoor blijk boven de andere
uitstekend te zijn. Mej. M. C. J. Fransen, opgeleid door de ras
vakman Velzeboer uit Hoorn en sinds 1921 in Amsterdam viel
reeds spoedig deze vertrouwenspositie ten deel. Thans bijna veertig
jaren rechterhand van de vele divisiechefs (namen als die van I.V.
Den Hartogh, Th. Kwisthout, Hamelberg schieten daarbij in de
156