Niet alleen dat controles niet overbodig zijn, maar ook dat (meestal) de beste controle op een rekenopgave hierin is gelegen, dat twee verschillende personen een zelfstandige oplossing geven. Wordt, wat hier juist het geval is, door drie van de vijf en twintig rekenaars het foutieve meetgetal niet ontdekt, dan is de kans dat bij een willekeurige keuze van twee personen uit de gehele groep juist twee van de drie pechvogels elkaar treffen, precies één honderdste! Een der inzenders maakte tussentijds een vergissing, waardoor bij het voetpunt P van de loodlijn uit E in de lijn DF een verkeerd getal kwam te staan. De loodlijn EP werd daarna uit de opper vlakte van het perceel afgeleid. Twee weken later kwam van deze oplossing een verbetering binnen met de volgende opmerking: ,,Ook nu sluit de controle, waaruit blijkt, dat de controle geen controle is geweest". De inzender, die blijkbaar meent dat het berekenen van de opper vlakte uit de gevonden coördinaten als controle geen waarde heeft, vergist zich. Alleen is deze controle niet afdoende, het is een halve controle. Want bovendien moet de afstand DE uit de berekende coördinaten ook 17,50 m bedragen, wat bij de foutieve oplossing niet het geval was. Nu enkele opmerkingen over de nauwkeurigheid. Sommigen druk ken lengten in 4 dec. uit, anderen ronden tussentijds al in cm af. De juiste methode ligt in het midden. Het werken in 4 dec. geeft natuurlijk geen fouten, maar is, gezien de nauwkeurigheid van de gegevens, overdreven. Natuurlijk streven we naar de grootst moge lijke nauwkeurigheid, maar als de gegevens op cm zijn afgerond en de uitkomsten tenslotte ook in cm worden neergeschreven, lijkt het toch voldoende de gehele bereken'ng in mm uit te voeren. Tussen tijdse afronding in 2 dec. is echter beslist af te keuren. Dit leidt tot onnodige onnauwkeurigheden. Als een eindresultaat op een halve cm uitkomt, zullen we over een afronding naar boven of beneden ni'et twisten, maar 1,314 1,513 is afgerond 2,83 en niet 1,31 4- 1,51 2,82. Het optellen van slechts twee bedragen geeft h er al één cm verschil. Hoe meer tussenbedragen optreden en hoe groter hun afrondingsfouten zijn, des te groter is ook de mogelijke fout in het eindresultaat. Daarom moet men, wat men uit gegeven bedragen kan vinden, niet met behulp van berekende waarden be palen die, als ze niet fout zijn, toch door hun afronding enige onnauwkeurigheid veroorzaken die als het kan vermeden moet worden. Ook verdient een korte weg bij berekeningen de voorkeur boven een lange. Veelheid van cijfers geeft een opeenstapeling van kleine onnauwkeurigheden. Reken daarom zo weinig mogelijk. Reken alle lengten door in mm en rond alleen de einduitkomsten op cm af. Voor grootten in ca uitgedrukt, kan men met 2 dec, volstaan. Wie zich aan deze regels houdt, rekent veilig! 235

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1958 | | pagina 27