van het kadastrale perceel plaats. In het hoofd van de legger wordt als eigenaar geboekt de eigenaar van de grond (in de regel ook de eigenaar van de benedenverdieping). Als mede eigenaar wordt geboekt de eigenaar van de bovenverdieping. Achter zijn naam wordt vermeld: Bovenverdieping" en het deel en nummer van de overschrijving van de akte. Een nadere aanduiding van de verdiepings-eigendom komt niet noodzake lijk voor en de ruimte in het hoofd van het leggerartikel laat ook een uitvoeriger omschrijving bezwaarlijk toe. Verder kunnen de gegevens van de legger belanghebbenden de weg wijzen naar de overgeschreven titel, waaruit zij de gegevens, nodig voor de nauwkeurige beoordeling van de omvang van het eigen domsrecht en van het onderwerp ervan, dienen te putten. 3. Geen afzonderlijke aanslag in de grondbelasing aldus gaat de Resolutie verder wordt opgelegd voor elk deel van het gebouw e.a. De aanslag wordt gesteld t.n.v. de eigenaar, d.i. de eigenaar van de grond (en de benedenverdieping). Belang hebbenden zullen derhalve in hun overeenkomst een regeling betreffende de onderlinge verdeling van de grondbelasting dienen op te nemen. Uiteraard gold de gegeven beslissing slechts voor het geval van verkoop van een bovenverdieping met zelfstandige opgang. Ook nu nog Het moge zijn, dat sedert het verschijnen van die resolutie bijna twintig jaren zijn verlopen en dat sindsdien de Wet op de appar- tements-eigendom een deel van de materie bestrijkt. Dit neemt echter niet weg, dat ook vandaag de dag nog akten worden over geschreven, waarin verdiepings-eigendom wordt overgedragen. Als voorbeeld de verkoop van een perceelsgedeelte in de gemeente Anna Paulowna, een polder in de kop van Noordholland, ver van de grote stad. De akte is van december 1953. Verkocht werd hier: „een schuur en erf, groot ongeveer 123 ca zoals is afgepaald, met ondergrond, groot ongeveer 9 ca, en een zich daarop bevindend vertrek aan de straatzijde, vertikaal begrensd door de buitenzijden der wanden en muren daarvan, en horizontaal aan de bovenzijde begrensd door het bovenoppervlak van het plafond van dat vertrek, zijnde alzo hetgeen zich boven dat plafond bevindt niet in deze overdracht begrepen, hetgeen zich daaronder bevindt wel/' Een en ander met de wederkerige erfdienstbaarheden, die nu eenmaal hierbij nodig zijn om de verdere rechten en verplichtingen vast te leggen. Een ander geval, waarbij eigenlijk van een soortgelijke verdie pings-eigendom sprake was, werd in november 1954 in de Wie- 19

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1959 | | pagina 19