Ad bTot de ruilverkavelingsdienst behoren 11 bureaus, die
ressorteren onder een afzonderlijke ingenieur-verificateur.
Ingevolge de ruilverkavelingswet is een landmeter van het ka
daster als deskundige toegevoegd aan de plaatselijke commissie die
met de uitvoering van een ruilverkaveling is belast.
Ad c. De dienst voor buitengewoon landmeetkundig werk, die
bestaat uit 6 bureaus, is hoofdzakelijk belast met de vernieuwing
van het kadaster.
Ad dHet centraal teken- en opleidingsbureau, valt uiteen in
een bureau dat belast is met de opleiding van tekenaars en een
centrale teken- en rekenafdeling, die assistentie verleent aan de
bureaus van het landmeetkundige gedeelte van het kadaster.
Ad e. De bijhoudingsdienst der rijksdriehoeksmeting bestaat uit
één bureau, dat ressorteert onder het hoofd van de bijhoudings
dienst der rijksdriehoeksmeting. Deze dienst is belast met de in
standhouding van een in het systeem van de rijksdriehoeksmeting
bepaald net van vaste punten (zb 5000; in hoofdzaak torenspitsen).
Ad f. De fotogrammetrische dienst van het kadaster bestaat uit
een bureau, dat ressorteert onder het hoofd van de directie kadaster
en hypotheken. Het bureau werd ingesteld op 1 juli 1956, voor
namelijk in verband met de toepassing van de fotogrammetrie voor
hermetingsdoeleinden, doch ook met het oog op kaarteringswerk-
zaamheden t.b.v. de kadastrale ruilverkavelingsdienst.
De laatste jaren is in de Staten-Generaal en in de literatuur nog
al kritiek uitgeoefend op de wijze waarop de Dienst van Kadaster
en Hypotheken is georganiseerd. De nauwe band tussen deze dienst
en de belastingdienst achten verschillende critici uit historisch
oogpunt verklaarbaar (het kadaster werd in het begin van de 19e
eeuw immers voornamelijk ingesteld met het oog op een billijke
heffing van de grondbelasting), doch zij achten dit tevens een
belemmering voor de ontwikkeling van de dienst overeenkomstig
de eisen die de maatschappij redelijkerwijs aan het kadaster kan
stellen. Zij bepleiten een zelfstandige dienst van kadaster en hy
potheken.
De Minister van Financiën deelde tijdens de behandeling van de
begroting van zijn Departement in de Tweede Kamer op 18 decem
ber 1957 mede, dat hij de organisatie van het kadaster opnieuw
onder ogen zal zien, nadat de Staatscommissie inzake het kadaster
(zie hierna) haar rapport zal hebben uitgebracht.
Bij het Koninklijk Besluit van 17 december 1955 werden de tech
nische ambtenaren bij het kadaster geïntroduceerd, die in het alge
meen een opleiding hebben genoten aan de Hogere Technische
School te Utrecht.
Voor de meest begaafde ambtenaren uit eigen dienst met lagere
opleiding is de gelegenheid geopend via een vakcursus de rang van
technisch ambtenaar te bereiken. Deze technische ambtenaren zullen
een deel van de taak van de landmeter overnemen, waardoor de
3