De opberging van veldwerken en
hulpkaarien
2e. De coördinaten van bet middelpunt O van de vijver berekenen
we eerst in een hulpstelsel met C als oorsprong en CD als x-as. Uit de
coördinaten van U, V en bepalen we b.v. de argumenten UV en
VW, waarna we door voorwaartse snijding van de middelloodlijnen
van ÜV en VW voor O vinden: X' 75,119, Y' 19,562.
De straal van de vijver is 15,020 m. (Daar we deze getallen voor onze
verdere berekeningen nodig hebben, bepalen wij ze in drie decimalen.)
Door transformatie naar het oorspronkelijke stelsel (ook in het meet
puntenformulier uit te voeren) vinden we: X 55,012, Y
25,146.
5e. Voor de berekening van de coördinaten van het middelpunt JV
van de cirkel door C en P zijn verschillende manieren toe te passen
(zie het hier voor overgenomen artikel van D. de Vries ,,Een raak-
probleem
Een eerste methode is op CN uit argument en afstand een punt K
te bepalen op 25,020 m van C. Onder le. hebben we gebruik gemaakt
van MC. Dit gebruiken we nu weer. Voor K vinden we X
5,475, Y 24,970. O bepalen we weer door voorwaartse snij
ding: X 24,645, Y 68,010. De coördinaten van P volgen
uit argument en afstand: X 69,476, Y 4,750.
Een andere methode is volgens „oplossing 2". Door O straal
OS JJ CM. (P is centrum van vermenigvuldiging.) Uit argument en
afstand vinden we voor S X 40,667, Y 4,646.
Wanneer we bedenken dat SP 2 X projectie van OS op CS,
kunnen we P berekenen uit argument en afstand of als meetpunt:
X '~b 69,476, Y 4,729. De coördinaten van N volgen uit voor
waartse snijding van MC en PO.
4e. Tenslotte moeten we nu nog de coördinaten van Q vaststellen.
Uit de afstand OD en straal 25,020 m is QOD af te leiden. Ui£
argument en afstand volgt voor: Q X -f- 79,85, Y 22,15.
Onze lezers willen wij er, wellicht ten overvloede, op wijzen, dat in
verscheidene afleveringen van het Orgaan vraagstukken over cirkel
bogen, afrondingen, enz. zijn te vinden.
J. D. H. VAN DER NEUT:
Ruim een eeuw geleden waren er voorlijke landmeters, die het
schetsboekje van hun zeer primitief-aandoende opmeting in het archief
stopten. Voor deze minuscule schetsjes van allerlei afzonderlijk for
maat was geen portefeuille te maken. Dit werd anders, toen in de
zeventiger jaren het privé-kladveldwerk verdween, toen men op wat
regelmatiger formaat wat échter schetsen ging vervaardigen en het op
74