49
van een rechtercommissaris, die de lijst van zakelijke rechthebbenden
opstelt, welke door de rechtbank wordt afgesloten. Deze lijst zou dan
juridische betekenis hebben, n.l. positieve werking.
Wil men komen tot een positief stelsel, dan moet bij de opzet ge
waakt worden, dat geen rechten verloren gaan. Bij het tweede systeem
is iemand, die wel rechthebbende is van een bepaald object, maar niet
voorkomt op de afgesloten lijst, zijn rechten kwijt In zijn plaats treedt
de op de lijst vermelde rechthebbende van het betrokken object. De
titelzuivering treedt dan eigenlijk reeds op bij het verbindend worden
van de lijst van rechthebbenden.
De inboeking in het nieuwe grondboek, welke handeling aan de
rechthebbende rechtszekerheid zal geven, is van zo groot belang, dat
het opsporen van de juiste rechtstoestand met de meeste zorg moeit
geschieden. Hoewel in het negatieve stelsel iemand moet waken over
zijn eigendom, omdat anders door verjaring zijn rechten kunnen ver
loren gaan, en min of meer bij het opstellen van een lijst,van recht
hebbenden ook de gedachte zou kunnen gelden, dat de zakelijke recht
hebbenden voldoende waakzaamheid moeten tonen, moet toch de
mogelijkheid blijven bestaan om na invoering van het grondboek pro
cessen te kunnen voeren en wel door diegenen die menen een beter
recht te bezitten, op een object, om aldus te komen tot verbetering. De
eerste methode is dan ook te prefereren.
Het behandelen van de technische uitvoering van de hermeting
evenals de technische opzet van de meetdienst valt buiten het bestek
van dit artikel. Het resultaat van de meting moet zijn:
le. Wat betreft de objecten: een uitvoerige, uniforme en zeer deug
delijk e afpaling, zonodig met ondergrondse verzekering en een opmeting
in een systeem van Rijksdriehoeksmeting, die zo moeten worden uit
gevoerd, dat men van een volledige vastlegging van de grenzen van
de percelen kan spreken.
2e. Een kaartering van de meetgegevens op deugdelijke plans, waar
door de grafische voorstelling van de objecten haar waarde blijft
behouden.
Opzet grondboek
De opzet van het grondboek berust op het principe dat:
a. Een nieuw zakelijk recht op een perceel alleen door de inschrij
ving in het grondboek kan ontstaan. Dit principe is niet altijd te
handhaven, b.v. niet bij erfopvolging of boedelmenging, enz. Een
behandeling van deze uitzonderingen volgt later.
b. Alles wat in het grondboek is opgenomen als waar moet gelden,
in ieder geval voor hem, die te goeder trouw, krachtens geldige titel
zich op de inschrijvingen verlaat en waar ieder die er belang bij
heeft inzage kan nemen van het grondboek, kan niemand zich beroepen
op het feit een inschrijving niet te hebben gekend.
Kern van het grondboek is het perceel. Het belangrijkste deel is het
„hoofdboek". Dit is een register of een kaartsysteem van de percelen,
dat zo is ingericht, dat elk perceel zijn eigen blad krijgt met zijn eigen