112
Hoewel de schrijver alleen het onderzoek van de regeling der ruil
verkaveling in België beoogt en daartoe een vergelijking treft met
de stand van zaken in Nederland en Frankrijk, tracht hij toch ook een
inzicht te geven in het ruilverkavelingsprobleem in zijn geheel.
Wij delen hieronder iets mede omtrent de door Dr de Leeuw ge
bruikte literatuur, in het bijzonder nopens de juridische en econo
mische aspecten.
Voor de eigenlijke studie van het ruilverkavelings- en grondver-
brokkelingsprobleem zijn behalve de meer bekende werken over
administratief, grondwettelijk en burgerlijk recht vooral tijdschrift
artikelen gebruikt. Voor wat België betreft is geput uit studies van
J. Ron do u (b.v. De R. in Nederland en de mogelijkheid van de
organisatie er van in België in ,,Onze Ploeg", 1938; De beperking
der eigendomsoverdracht van cultuurgronden in Rechtskundig Tijd
schrift voor België, 1941, nr. 2; Hergroepering en verbetering van de
grond in Rapporten van het Nationaal Congres voor Landbouwher-
nieuwing", 20-23 sept. 1945; de Herverkaveling der Landeigendom
men in ,,Agricultura", febr. 1948 e.a.) van F. van den Abeele
(Het Belgisch wetsontwerp op de R. in ,,Landbouwtijdschrift" van
dec. 1948; Mechanisme van de R. uit kracht van de wet in ,,De
Landbouwexploitaties voor het probleem der R."; De R. van land
eigendommen, enkele bijzondere aspecten van het vraagstuk in
,,Landbouwtijdschrift", april 1956 en Remembrement des biens ruraux
in Agriculture", vol. IV (2e serie) 1956) en van M. v. d. Daele
(o.m. Grondwettelijkheid van de R. uit kracht van de wet in Rechts
kundig Weekblad", 17 sept. 1950; De R. uit kracht van de wet wordt
eenparig goedgekeurd in Landeigendom", 1956, blz. 250; De Na
tionale Maatschappij voor de kleine Landeigendom en de Cultuur
technische werken in Landeigendom", 1956, blz. 289).
Laatstgenoemd tijdschrift is in België de gangmaker van de ruil
verkavelingsidee.
Vermeldenswaard is het werk van P. M a h i I I o n en M. V i n-
c h e n t: Etudes sur Ie remembrement rural, dat in 1955 is versche
nen en waarin de ruilverkaveling in Frankrijk, Nederland, Zwitserland
en België wordt bestudeerd.
Uit de Nederlandse bronnen noemen wij A. F. Schepel, De
R.wet 1938 en L. H. Bouwman, Ruilverkaveling; verschillende
artikelen uit het Landbouwkundig Tijdschrift, het Tijdschrift voor Ka
daster en Landmeetkunde en het Tijdschrift van de Nederlandsche
Heidemaatschappij, publikaties van L. H. Bouwman (b.v. Doel
matig grondgebruik in Polytechnisch Tijdschrift", nrs 1-2, jan. 1951;
de R. in Nederland in /Tijdschrift voor Economische en Sociale Geo
grafie", 1955, blz. 19-22; Agrarische hervorming op Ameland, id.,
1955, blz. 282-287; De importantie van het plan van toedeling bij een
R., id., 1957, blz. 187-189 enz.); de scripties ingediend aan de T.H.
van A. Govers, M. W. Panman, H. Ph. van der Schaaf en W. A. van
der Werff en (voor een literatuuropgave): H. C. Korte, Ruilverkave-
lingswet 1954, uitgegeven in 1955.
Bij de Franse werken over ruilverkaveling wordt de meerderheid
gevormd door academische proefschriften. Daaronder is de beste