De rentabiliteit van ruilverkavelingen na te gaan wat een zeer schuine snijding van een rechte met een cirkel kan zijn en waarom de schrijver spreekt van een snijpunt, ter wijl er gewoonlijk twee snijpunten zijn. Hij kan bedoelen een rechte, die ongeveer raakt aan de cirkel en eenzelfde argument heeft als een lijnstuk van die cirkel, nl. 0,0500 gr (mod. 0,1). We vinden dan met de besproken methode heel gewoon de beide snijpunten van de cirkel. Deze liggen op een afstand van 1,57 van elkaar, maar er is niets mis. Zou de schrijver de snijpunten verwarren met het raakpunt, dat in dit geval op dezelfde rechte ligt? Hoe dit ook zij, in de opmerking van de heer Harkink ligt in elk geval besloten, dat naar zijn mening bij de gebruikelijke snijpunts bepaling van een rechte met een cirkel de snijpunten niet mis komen te liggen. Dat is toch wel heel erg. Volgens de H.T.W. (blz. 173 r. 17 v.o.) bepalen we door loodrechte snijding het punt C. In het hiervoor genoemde geval blijkt dan MC gelijk te zijn aan de straal en wat zegt de heer Harkink dan? Dat snijpunten met het raakpunt samenvallen? Maar dat kan er tientallen meters naast zijn! Uit een rechthoekszijde en een nagenoeg even lange hypotenusa kan toch de andere rechthoekszijde niet berekend worden? De in de H.T.W. gegeven bewerking kan slechts in bepaalde gevallen gebruikt wor den. Hieruit blijkt ondubbelzinnig, dat de dubbelzinnige snijding niet als volwaardige puntsbepaling zonder enige voorwaarde in de H.T.W. vermeld had mogen worden, maar beter weggelaten had kunnen zijn. H. VAN DER KOOIJ: Drees Jr. noemt het uitvoeren van ruilverkavelingen in het alge meen nationaal-economisch niet rendabel x). Privaateconomisch kan ruilverkaveling nuttig zijn. Tinbergen vermeldt enkele zeer gunstige gevallen van kleine bedrijven op de zandgrond waarbij de baten tweemaal zo groot waren als de kosten. In andere gevallen wordt de rente juist verdiend of is er verlies 2). Algemene cijfers zijn voor ons land niet bekend. De indirecte landwinst wordt wel begroot op ge middeld 25 doch kan in incidentele gevallen meer bedragen (Staphorst 100%). Duitse onderzoekingen zijn in dit opzicht nauwkeuriger. Een boek houdkundig onderzoek bracht aan het licht dat na ruilverkaveling de bruto-opbrengst gemiddeld 30-40 kon stijgen. De netto-opbrengst 97

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1959 | | pagina 9