weerszijden te voorzien van een plastic filmlaag, waardoor één van de belangrijkste oorzaken van krimp en rek, nk de vochtig- heidsfactor wordt uitgeschakeld. Bovendien is het aldus geprepareerde papier ongevoelig voor vuil, omdat het kan worden afgewassen, vooral voor kantoren met kachels, die inderdaad nog voorkomen, een uitkomst! Men kan zich zelfs voorstellen, dat het tekenoppervlak door de behandeling verbeterd wordt. Momenteel is een dergelijk preparaat als vloeistof in de handel. Men kan er gewoon met potlood of inkt op tekenen of schrijven, van belang i.v.m. de bijwerking, terwijl het papier kan worden opgerold, zonder dat de laag barst. Mogelijk liggen in deze richting nog ongekende mogelijkheden, die een flinke stap kunnen betekenen op weg naar maatvaste beelddragers. b. Moderne reproduktiemethoden hebben nu ook bij de kadastrale dienst hun betekenis bewezen en het lichtdrukken vindt toepassing op het gebied van plans voor de dienst en extracten-plan ten be hoeve van het publiek. Het wachten is nu nog op het lichtdrukken van de minuutveld werken voor het kopie-archief, zodat het carbon op het terrein kan vervallen en er geen reden meer is op papiertjes te schetsen en het veldwerk op kantoor over te maken. (Komt niet meer voor?) Gedacht wordt voorts aan het lichtdrukken in grijs van de hulp- kaarten in plaats van een spiegel-kopie, niet alleen als belangrijke tijdsbesparing, maar ook uit nauwkeurigheidsoverwegingen (nauw keuriger kopie en groter „aanleggebied" voor de bijwerking). Daarvoor is het natuurlijk noodzakelijk, dat de zg. filmplans op de kantoren berusten en daar gelichtdrukt kunnen worden. Wat een besparing van tijd en geld op het corresponderen en heen en weer zenden! Bovendien: hoe veel vlugger, dus beter, kan men zijn klanten" bedienen. Er is echter een veel belangrijker argument, dat er voor pleit, dat ieder kantoor over zijn eigen filmplans kan beschikken (waar over in het volgende punt). Voor onze kadastrale administratie heeft men tot nu toe de minste belangstelling gehad naar het schijnt. Een vergelijking met vroegere opzet en methode, en met toen gebruikte formulieren levert geen principiële verschillen op. Toch wordt ernstig over vereenvoudiging gedacht: op vereenvoudigingsvoorstellen mijner zijds, o.a. van de staat 75, waarbij inplaats van de 44 kolommen een staat was ontworpen van 18 kolommen, werd mij medegedeeld, dat reeds andere voorstellen van bredere opzet waren ontvangen. Als deze gerealiseerd worden, kunnen we een belangrijk eenvou diger administratie tegemoet zien (ook die van de kadastrale boek houding) en daarmee een vlottere afdoening. c. Tenslotte het bijhouden van de bijbladenbestaande uit het ver wijderen van vervallen lijnen en het opbrengen van de nieuwe. 139

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1959 | | pagina 7